‘Ik kon het prima vinden met mijn stiefdochter, maar sinds ik een baby heb, kan ik mijn stiefkind niet meer verdragen’. Herken je dit gevoel? Dit moeilijke en nare gevoel, kwamen toevallig twee nieuwe cliënten mee afgelopen tijd. ‘Hoe moet ik hier nu om gaan? Hoe kan ik dealen met deze lastige emoties?’ Lees snel verder voor antwoorden! Er is van alles aan te doen.
Sinds ik een baby heb, kan ik mijn stiefkind niet meer verdragen.
Dit probleem komt heel vaak voor. Herken jij je hierin?
Laat ik bij het begin beginnen. Je ontmoet je partner en wordt stapelverliefd. Hij heeft al een kind. Je gaat samenwonen, ondanks twijfels. En eigenlijk gaat het boven verwachting goed.
Je noemt je stiefkind zelfs ‘liefkind’. Je tekent samen, ontwikkelt eigen grapjes en rituelen, speelt samen buiten en met z’n drietjes zitten jullie gezellig pizza voor de tv te eten. Wat valt dat stiefgezin je mee.
En dan word je ook nog eens zwanger. Het geluk kan niet op!
Bonuskind en dan een baby
Daar ligt ze dan in je armen: Je eigen kindje. Je eigen vlees en bloed.
Je herkent jezelf bijna niet meer. Ondanks vieze luiers, slapeloze nachten, geen tijd meer voor jezelf… komt er zo’n enorme liefde in je op. Dit is de mooiste, liefste, slimste baby aller tijden. Je hebt alles, alles voor haar over. Onvoorwaardelijke liefde krijg je. En geef je in veelvoud terug. Wat een oerkracht. Alleen die geur al van je babietje. Haar zachte wangetjes en kraaloogjes. Wat geweldig. Of wat denk jij precies :-)?
En oh ja – buiten die roze wolk is er ook nog… een stiefdochtertje. Die staat eigenlijk nu buiten beeld. En hoe leuk ze, objectief gezien, ook kan zijn, hoe zielig je het ook voor haar vindt… je perspectief op haar is één klap anders geworden.
- Je hebt geen tijd meer voor je stiefkind
- De biologische band is zo ongelofelijk sterk
- Je aandacht is volledig bij je bio-baby
- Je krijgt een kritische blik op je stiefkind
- Je baby heeft je nodig
- Je stiefje zeurt, bokt en dreint
- Je gaat je ergeren aan kleine dingetjes bij je stiefje
- Je hebt geen tijd meer voor stiefkinderen
- Sinds ik een baby heb, kan ik mijn stiefkind niet meer verdragen
Negatief gedrag
En voor je het weet, denk je: ‘Sinds ik een baby heb, kan ik mijn stiefkind niet meer verdragen’. Je stiefkind gedraagt zich dan opeens ook nog eens heel anders. Ze vraagt aandacht en dan op een negatieve manier.
Ze is nukkig, zegt ‘nee’, wil niet slapen of zegt dat ze je niet meer lief vindt. Ze lust niks meer, dreint, wordt boos.
Of er is zijn ook stiefkindertjes die zich helemaal terug trekken, en die lusteloos en vlak worden. Die je eigenlijk nauwelijks meer ziet staan.
Wat het gedrag ook is: Jij als stiefmoeder gaat je steeds meer ergeren. Of je wordt zelf lusteloos en vlak als het gaat om je stiefkind.
Hoe kom dit nou: Sinds ik een baby heb, kan ik mijn stiefkind niet meer verdragen?
Dat is de grote vraag. Je snap het niet. Hoe komt het nou dat je aldoor denkt: ‘ Sinds ik een baby heb, kan ik mijn stiefkind niet verdragen?’
Dit is wat ik denk: Het heeft te maken met die instinctieve, biologische bloedband. We denken er niet zoveel over na. Of misschien denken we dat wij mensen verheven zijn boven de dierenwereld: Maar eigenlijk zijn we bijzonder primitieve, dierlijke wezens. We zijn leeuwinnen met jong. We worden voortgeduwd door driften en onbewuste emoties.
Wat wil dan die biologie? Wat willen die genen eigenlijk? Voortplanting. Daar gaat het om. En als die kroos er eenmaal is, doen we – net als dieren – alles om onze kinderen te beschermen, om ze op een veilige manier groot te brengen.
Onze hormonen sturen dit aan. Ons lijf stuurt het proces aan, ons brein en onderbewustzijn ook.
De rest van de wereld vervaagt en komt op de achtergrond te staan. Het is allemaal niet belangrijk genoeg.
Van liefkind naar stiefkind
Voor je stiefkind – hoe klein ze ook is – is de verandering enorm. Een baby in de familie is bedreigend. Is er nog wel plek, aandacht, tijd en liefde voor haar?
Ze ziet dat stiefmoeder (en bio-vader) vooral heel druk en heel gelukkig is met de baby. En dat de rollen verandert zijn. Wat is haar plek?
Dat wekt onbewust heel veel emoties op.
Je stiefkind staat niet meer op de eerste rij. Dat is zwaar om te verteren. Het maakt dat je je eenzaam, niet gezien, niet gehoord en afgewezen voelt.
Die pijn is groot. Het gaat om een soort van jaloezie. Daarom proberen kleine kinderen er alles te doen om dat leed niet te voelen. Om het te verzachten. Soms is het makkelijker om boos te worden of op een andere negatieve manier aandacht te vragen – die aandacht die je niet meer krijgt.
Soms vallen kinderen in een slachtofferrol.
Deze heftige emoties zijn dan weer als een rode doek voor de kersverse moeders omdat het een trigger is voor hun eigen verdrongen emoties van niet gewaardeerd, niet geliefd, niet gehoord worden.
Zo stap je in die negatieve carrousel van negeren, boos kijken, boos doen, onbegrip, lelijke dingen zeggen… je gaat elkaars gedrag spiegelen. De carrousel draait zodra je stiefje het huis binnenstapt. En gaat steeds sneller draaien.
Kunst
Het is een kunst om dit proces te vertragen. En om het te stoppen.
Het kán wel. Stap 1 is wat je hier nu leest: Meer begrip krijgen voor het proces. Beter inzien wat er gebeurt. Bij je stiefkind. En jouzelf.
Wat kan stap 2 zijn?
Ik denk dat je daar wel ideeën bij krijgt toch?
Lees anders binnenkort deel 2 over dit ontwerp!
Mocht je voelen: Ik red het zo niet meer, en ik heb nu hulp nodig. Schrijf dan een mail naar coaching@annettevandermaarel.com en leg waarom je NU verandering wilt in je samengestelde gezin.
Wil je meer lezen?
Dit artikel is misschien iets voor je:
Annette van der Maarel is een ervaren stiefcoach. Je bent welkom in haar gezellige praktijkruimte in huis, maar ze coacht vooral via Teams. Probeer dat gratis en vrijblijvend uit! Geef je op via coaching@annettevandermaarel.com